De Hand is een reflectiewerkvorm die je kunt gebruiken om met (nieuwe) docenten in gesprek te gaan over hun kwaliteiten, doelen en uitdagingen. Door ze een hand te laten tekenen en per vinger een vraag te beantwoorden, ontstaat een gesprek over waar iemand nu staat en waar hij of zij naartoe wil.
Zelf heb ik deze werkvorm wel ingezet tijdens een themabijeenkomst voor nieuwe docenten.
Maar het is ook een idee om deze opdracht eens met je mentorklas te doen. Je kunt de vragen dan eventueel wat vereenvoudigen. En in plaats van delen met de klas, zou je het kunnen gebruiken als input voor een mentorgesprek.
Nodig:
Stap 1 – Maak een omtrek van je hand
Laat iedereen op een stuk papier hun hand met gespreide vingers omtrekken.
Stap 2 – Beantwoord per vinger een vraag
Daarna laat je iedereen individueel de volgende vragen invullen per vinger:
- Duim: waar ben je goed in?
- Wijsvinger: waar wil je naar toe?
- Middelvinger: waar baal je van?
- Ringvinger: waar ben je trouw aan of wat vind je belangrijk?
- Pink: waar voel je je nog klein of onzeker in?
Stap 3 – Delen
Laat iedereen om de beurt iets delen van wat ze hebben opgeschreven. Laat mensen zelf kiezen wat ze willen vertellen of wat ze willen delen.
De anderen luisteren en mogen verhelderende of verdiepende vragen stellen.
Let op: laat anderen geen tips geven of oordelen als ze reageren op iemand anders. Dus ook niet: ‘daar heb ik nooit last van’ of ‘ik doe het altijd zus en zo … ‘.
Stel bijvoorbeeld ook een verdiepende vraag:
- Kun je daar een voorbeeld van geven?
Stap 4 – Gezamenlijke reflectie
Sluit met elkaar af. En stel de volgende vragen:
- Kijk nog eens naar wat je hebt opgeschreven. Welke vinger van je hand zegt iets over waar je de komende tijd aan zou willen werken?
- Probeer een klein doel voor komende periode te formuleren. ‘Komende periode zou ik graag … ‘
Download de instructie