De Russenoorlog op Texel: een praktische en creatieve opdracht voor in de klas

De Georgische Opstand op Texel in 1945, ook wel de Russenoorlog genoemd op Texel, is een minder bekende gebeurtenis uit de Tweede Wereldoorlog.

Met deze praktische opdracht maken leerlingen een (fictieve) rondleiding over Texel, waarin ze toeristen informeren over de Russenoorlog op Texel (de Georgische Opstand van 1945). De leerlingen kiezen zeven locaties die belangrijk waren tijdens de opstand en die nu nog steeds bezocht kunnen worden.

Onderaan deze blog kun je het werkblad met de volledige opdracht gratis downloaden.


De opdracht: maak een rondleiding over de Russenoorlog op Texel

Leerlingen maken een rondleiding waarin ze toeristen informeren over de Georgische Opstand. Ze kiezen zeven locaties op Texel die belangrijk waren tijdens deze opstand en verwerken deze in een presentatievorm naar keuze.

De opdracht bestaat uit drie onderdelen:

  1. Een informatieve tekst over de Russenoorlog.
  2. Een rondleiding langs zeven locaties, inclusief uitleg per plek.
  3. Een creatieve presentatievorm waarin de rondleiding wordt uitgewerkt.

Hoe werkt de opdracht?

Let op: onderaan deze blog vind je het volledige werkblad met de opdracht. In dit stukje staat alleen een beknopte versie van de opdracht.

Stap 1: Onderzoek de Russenoorlog
Leerlingen starten met een kort onderzoek naar de Georgische Opstand en schrijven een informatieve tekst. Ze gebruiken de 5W1H-methode om het verhaal helder te krijgen:

  • Wie waren erbij betrokken?
  • Wat gebeurde er precies?
  • Waar vond de opstand plaats?
  • Wanneer speelde dit zich af?
  • Waarom kwamen de Georgiërs in opstand?
  • Hoe is de opstand afgelopen?

Tip: Laat leerlingen verschillende bronnen gebruiken en bespreek met elkaar van te voren de betrouwbaarheid van bronnen.

Stap 2: Kies zeven locaties op Texel
Vervolgens selecteren leerlingen zeven locaties die een belangrijke rol speelden in de opstand. Bij elke locatie beschrijven ze:

  • Wat er op die plek gebeurde.
  • Waarom deze locatie belangrijk is voor het verhaal.
  • Hoe de plek er nu uitziet en of er nog herinneringen aan de oorlog te zien zijn.
  • Een afbeelding (zelfgemaakt of met bronvermelding).
  • De locatie op een kaart van Texel.

Stap 3: Kies een presentatievorm
Om de opdracht aantrekkelijk te maken, mogen leerlingen zelf bepalen hoe ze hun rondleiding presenteren.

Mogelijke vormen:

  • PowerPoint of digitale presentatie met kaarten, foto’s en uitleg.
  • Informatieve poster met tekst, afbeeldingen en een routekaart.
  • Video of vlog waarin de locaties worden uitgelegd.
  • Digitale reisgids in Canva met stukjes over elke locatie.

Hebben leerlingen een ander creatief idee? Dan kunnen ze dit overleggen met de docent.

Stap 4: Uitwerken en inleveren
Na het verzamelen van alle informatie werken leerlingen hun rondleiding uit en voegen ze een bronvermelding toe. Vervolgens leveren ze hun opdracht in.


Download het werkblad met de opdracht

Stuur je me een berichtje als je deze opdracht gaat doen met je leerlingen of laat je me weten hoe het gegaan is? Ik vind het superleuk om berichten te krijgen en ervaringen te horen.

Budgetteren in de klas: twee praktische opdrachten over omgaan met geld

Met deze twee werkbladen gaan leerlingen aan de slag met budgetteren. Ze leren in de ene opdracht hoe ze een persoonlijk budget beheren en in de andere opdracht hoe ze geld kunnen verdelen binnen een fictief gezin.

Onderaan deze blog kun je beide werkbladen gratis downloaden.

Deze opdracht past bij mens & maatschappij in de onderbouw vmbo of bij het vak economie in de onderbouw.


Opdracht 1: Keuzes maken binnen een persoonlijk budget

In deze opdracht krijgen leerlingen een vast budget en moeten ze keuzes maken over hoe ze dit besteden. Ze denken na over vaste lasten, sparen en leuke uitgaven.

Wat komt aan bod?

  • Welke kosten moet je altijd betalen?
  • Hoe zorg je dat je niet rood staat?
  • Wat als je minder geld hebt dan verwacht?

Deze opdracht helpt leerlingen om bewuster met geld om te gaan en te snappen waarom plannen belangrijk is.


Opdracht 2: Budgetteren voor een fictief gezin

Bij deze opdracht kruipen leerlingen in de rol van een gezin dat elke maand zijn inkomsten en uitgaven moet beheren. Ze krijgen een fictief gezinsinkomen en moeten bepalen:

  • Wat gaat op aan vaste lasten?
  • Hoeveel blijft er over voor boodschappen, kleding en uitjes?
  • Wat als er onverwachte kosten zijn?

Deze opdracht laat leerlingen ervaren hoe snel geld op kan gaan en waarom plannen noodzakelijk is.


Tip: Laat leerlingen in tweetallen werken en samen bespreken welke keuzes ze maken. Dit stimuleert kritisch denken en argumenteren.

Heb je deze opdracht in de klas gedaan? Of ga je deze opdracht binnenkort doen? Stuur me een berichtje, ik vind het leuk om te horen hoe het lesmateriaal wordt ingezet en wat je ervaring is.

Lesmateriaal: maak een strip over een norm

Hoe leg je uit wat een norm is? Veel leerlingen kennen het woord, maar pas als je het in de praktijk ziet, wordt het duidelijk. Met deze opdracht gaan leerlingen zelf aan de slag en laten ze zien hoe normen werken in het dagelijks leven.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden. Ook heb ik een aantal sjablonen gemaakt die je kunt gebruiken voor je leerlingen.


De opdracht: maak een strip over een norm

Leerlingen bedenken een norm en maken een strip waarin ze laten zien wat er gebeurt als mensen zich wel en niet aan deze norm houden.

Wat komt erin voor?
✔ Een norm (een gedragsregel)
✔ Een situatie waarin mensen de norm volgen
✔ Een situatie waarin mensen de norm overtreden
✔ Een strip van 4 tot 6 vakjes per situatie
✔ Korte teksten of tekstballonnen die uitleg geven


Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Kies een norm
Normen zijn gedragsregels die bepalen hoe je je hoort te gedragen. Bijvoorbeeld:

  • Op tijd komen op school
  • Niet voordringen in de rij
  • Vriendelijk zijn tegen anderen
  • Zacht praten in de bibliotheek

Stap 2: Bedenk twee situaties

  • Eén waarin de norm wordt nageleefd.
  • Eén waarin de norm wordt overtreden.

Laat leerlingen deze situaties eerst kort uitschrijven op kladpapier.

Stap 3: Maak de strip

  • Begin met een kladversie om het goed uit te denken.
  • Maak een strip van ongeveer 4 tot 6 vakjes per situatie.
  • Gebruik tekstballonnen of beschrijvingen om uit te leggen wat er gebeurt.
  • Geef de strip een titel die past bij de gekozen norm.

Stap 4: Inleveren en bespreken
Leerlingen leveren hun strip in en je kunt de opdracht klassikaal bespreken of in kleine groepjes.


Download het werkblad met de opdracht

Sjabloon voor strip

Download sjabloon 1 in Canva

Download sjabloon 2 in Canva

Opdracht – vergelijk het dagelijks leven vroeger en nu

Hoe zag het dagelijks leven er vroeger uit? Wat is er in de afgelopen decennia veranderd en wat is juist hetzelfde gebleven?

Met deze interview onderzoeken leerlingen hoe mensen vroeger leefden door iemand te interviewen die ouder is dan 50 jaar. Ze stellen bijvoorbeeld vragen over school, vrije tijd, technologie en het huishouden en vergelijken de antwoorden met hun eigen leven.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.

Doelgroep: vmbo onderbouw mens & maatschappij, burgerschap, Nederlands. Het is een mooi idee om hier een vakoverstijgende opdracht van te maken.


De opdracht: interview over het dagelijks leven vroeger en nu

Leerlingen interviewen een volwassene over hoe het dagelijks leven eruitzag toen zij jong waren. Daarna schrijven ze een kort verslag waarin ze de verschillen en overeenkomsten met nu beschrijven.

De opdracht bestaat uit:

  • Een interview met minimaal twaalf vragen.
  • Een vergelijking tussen vroeger en nu.
  • Een kort verslag over de opvallendste verschillen.

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Interviewvragen voorbereiden
Leerlingen bedenken en noteren vragen. Ze stellen zowel gesloten vragen (ja/nee-antwoorden) als open vragen (uitgebreide antwoorden).

Voorbeelden van vragen:

  • Had u als kind een televisie in uw slaapkamer?
  • Hoe maakte u afspraken zonder mobiele telefoon?
  • Wat vond u vroeger luxe, maar is nu heel normaal?

Stap 2: Het interview afnemen
Leerlingen kiezen iemand die ouder is dan 50 jaar, zoals een familielid, buur of docent, en noteren de antwoorden.

Stap 3: Vergelijking maken
Ze kijken naar wat er hetzelfde is gebleven en wat er is veranderd.

Voorbeelden van veranderingen:

  • Geen internet → nu altijd bereikbaar.
  • Spelen op straat → nu vaker gamen en social media.
  • Geen pinpas → contant betalen in de winkel. etc.

Stap 4: Schrijf een kort verslag
In ongeveer 150-200 woorden beschrijven ze de opvallendste verschillen en overeenkomsten.

Opbouw:
Inleiding – Wie hebben de leerlingen geïnterviewd en waar ging het interview over?
Middenstuk – Wat zijn de grootste verschillen en overeenkomsten?
Slot – Wat vonden leerlingen het meest opvallend en welke verandering vinden ze het belangrijkst?

Tip: Laat leerlingen hun bevindingen klassikaal delen en vergelijken. Zo ontstaat een breder beeld van hoe het dagelijks leven is veranderd. Of deel er een aantal en laat bijvoorbeeld het namenwiel of beurtstokjes bepalen wie het voor de klas doet.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Wil je deze opdracht inzetten in je les? Download het werkblad gratis en probeer het uit!

Hoe ging dat vroeger?

Artikel van mijn opa en oma uit de Texelse Courant 2006.

Tijdvak 4 – mini-werkstuk maken over de tijd van steden en staten

Met deze opdracht verdiepen leerlingen zich in een onderwerp uit de tijd van steden en staten (1000-1500) en leren ze stap voor stap hoe ze een werkstuk opbouwen.

Deze opdracht is ook goed te combineren met Nederlands als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


De opdracht: een mini-werkstuk over tijdvak 4

Leerlingen kiezen een onderwerp uit de middeleeuwen en werken dit uit in een kort, gestructureerd werkstuk.

Leerlingen werken stapsgewijs aan:

  • Informatie verzamelen over een zelfgekozen onderwerp.
  • Een voorblad en inhoudsopgave maken.
  • Drie hoofdstukken schrijven over hun onderwerp.
  • Een conclusie en bronvermelding toevoegen.

Hoe werkt de opdracht?

Let op: dit is een beknopte versie van de opdracht. Onderaan deze blog kun je het werkblad downloaden.

Stap 1: Kies een onderwerp
Leerlingen kiezen één van deze onderwerpen:

  • Ambachten en gilden in de middeleeuwen
  • Floris V
  • Hanzesteden
  • Kruistochten

Stap 2: Verzamel informatie
Leerlingen zoeken betrouwbare informatie in boeken en online. Ze noteren de belangrijkste feiten en verzamelen afbeeldingen die bij hun onderwerp passen.

Stap 3: Werk aan het voorblad
Hierop zetten leerlingen:

  • De titel van hun werkstuk.
  • Hun naam en klas.
  • De datum.
  • Een afbeelding die past bij het onderwerp.

Stap 4: Maak een inhoudsopgave
Hierin schrijven leerlingen alle onderdelen van het werkstuk met paginanummers.

Stap 5: Schrijf een kort voorwoord
In een paar zinnen vertellen leerlingen:

  • Waarom ze voor dit onderwerp hebben gekozen.
  • Wat ze ervan verwachten te leren.
  • Hoe ze te werk gaan.

Stap 6: Schrijf drie hoofdstukken
Verdeel je onderwerp in drie delen. Elk deel wordt een hoofdstuk. Bijvoorbeeld:

  • Hoofdstuk 1: Inleiding onderwerp.
  • Hoofdstuk 2: Meer informatie over het onderwerp, bijvoorbeeld belangrijke feiten of gebeurtenissen.
  • Hoofdstuk 3: Interessante details, bijvoorbeeld iets verrassends of iets dat minder
    mensen weten over het onderwerp.

Bij elk hoofdstuk voegen leerlingen minimaal één afbeelding toe.

Stap 7: Schrijf een conclusie
Hierin geven leerlingen kort aan:

  • Wat ze hebben geleerd.
  • Wat ze het interessantst vonden.
  • Hoe het maken van het werkstuk ging.

Stap 8: Maak een bronvermelding
Leerlingen maken een bronvermelding waarin ze vermelden welke boeken of websites ze hebben gebruikt.

Stap 9: Controle en inleveren
Met de checklist controleren leerlingen of alles compleet is en leveren het werkstuk in.

Download het werkblad voor het mini-werkstuk tijdvak 4

Mens en maatschappij: Leefbaarheid onderzoeken met Google Maps

Hoe leefbaar is een wijk? Wat maakt de ene buurt fijner om in te wonen dan de andere? In deze opdracht onderzoeken leerlingen voor aardrijkskunde en Mens & Maatschappij de leefbaarheid van stadsdelen met Google Maps Street View.

Onderaan deze blog kun je het bijbehorende werkblad downloaden.

Doelgroep: vmbo onderbouw aardrijkskunde of mens & maatschappij.


Over de opdracht

Met deze opdracht maken leerlingen een digitale stadswandeling. Ze kiezen drie verschillende wijken en analyseren de leefbaarheid aan de hand van factoren zoals:

  • Groen & parken – Hoeveel natuur is er in de wijk?
  • Voorzieningen – Zijn er scholen, winkels, sportvelden?
  • Verkeersdrukte – Hoe zit het met wegen, fietsen, OV?
  • Woningtypen & onderhoud – Ziet de wijk er verzorgd uit?

Daarna vergelijken ze de wijken en bepalen ze welke het meest leefbaar is.


Lesideeën: Hoe zet je deze opdracht in?

  1. Koppel het aan een actuele stad
    Laat leerlingen werken met wijken uit een stad die ze kennen, zoals Amsterdam, Rotterdam of hun eigen woonplaats.
  2. Koppel het aan sociaal-economische verschillen
    Laat leerlingen een dure wijk, een nieuwbouwwijk en een oudere arbeiderswijk vergelijken. Hoe verschillen deze in leefbaarheid?

Afronden: Hoe sluit je de opdracht af?

  1. Klassikale discussie
    Laat leerlingen uitleggen welke wijk volgens hen het meest leefbaar is en waarom. Zijn er grote meningsverschillen?
  2. Stemronde
    Laat de klas stemmen: in welke wijk zouden ze liever wonen? Bespreek daarna de uitkomsten.
  3. Presentatie
    Laat leerlingen hun bevindingen kort presenteren of pitchen.

Download het werkblad

Het werkblad is gratis te downloaden en direct te gebruiken in de klas.

Heb je deze opdracht geprobeerd? Laat me weten hoe het ging en stuur me een berichtje of reageer onderaan deze blog.

Zoek je meer lesmateriaal? Kijk bij lesmateriaal aardrijkskunde of lesmateriaal mens & maatschappij.

Tijdvak 8: maak een poster over het Kinderwetje van Van Houten

Met deze opdracht gaan je leerlingen creatief aan de slag en leren ze meer over het Kinderwetje van Van Houten uit 1874. Ze maken een informatieve poster en leren meteen over kinderarbeid in de 19e eeuw.

Doelgroep: vmbo onderbouw geschiedenis of mens & maatschappij.

Leerdoel

Leerlingen kunnen uitleggen wat het Kinderwetje van Van Houten inhield, waarom het werd ingevoerd en hoe het de situatie voor kinderen veranderde.


Hoe werkt de opdracht?

Let op: dit is een beknopte versie van de opdracht. Je kunt de opdracht onderaan deze blog gratis downloaden als werkblad voor je leerlingen.

Wat moeten leerlingen doen?

Leerlingen gaan een informatieve poster maken over het Kinderwetje van Van Houten uit 1874. Het doel van de poster is om mensen te informeren over het Kinderwetje en hen te laten zien waarom deze wet belangrijk is.

Bedenk van tevoren hoe de leerlingen de poster moeten maken: gewoon op papier? Of digitaal in Canva?

Stap 1: Verzamel informatie

Eerst gaan leerlingen informatie verzamelen. Laat ze antwoorden zoeken op de volgende vragen:

  • Wie was Samuel van Houten?
  • Wat voor werk deden kinderen vóór 1874?
  • Waarom was dat werk zo zwaar en gevaarlijk?
  • Wat veranderde er door het Kinderwetje?
  • Waarom waren sommige mensen vóór en anderen juist tegen?
  • Zorgde het Kinderwetje ervoor dat kinderarbeid helemaal verdween? Waarom (niet)?

Tip: Laat leerlingen eerst hun lesboek of aantekeningen gebruiken. Niet direct achter de laptop om info op te zoeken.


Stap 2: Ontwerp de poster

Een goede poster moet de aandacht trekken en de boodschap duidelijk overbrengen. Dit zijn de minimale eisen:

  • Een pakkende titel – Bijvoorbeeld “Stop kinderarbeid!” of “Kinderen horen op school, niet in de fabriek!”
  • Afbeeldingen of tekeningen – Bijvoorbeeld een kind dat werkt in een fabriek vóór het Kinderwetje en een kind dat naar school gaat erna.
  • Een informatieblok – Korte, duidelijke uitleg over het Kinderwetje (3-5 zinnen) en de antwoorden op de vragen uit stap 1.

Stap 3: Maak de poster af

Laat leerlingen hun poster versieren en overzichtelijk maken:

  • Gebruik kleur – Een kleurrijke poster valt meer op.
  • Maak het overzichtelijk – Gebruik duidelijke kopjes en korte teksten.
  • Extra – Denk bijvoorbeeld aan een rand die lijkt op een oude krantenpagina voor extra sfeer.

Stap 4: Laat de posters zien

Nu de posters af zijn, is het tijd om ze te delen. Je kunt dit op verschillende manieren doen:

  • Presentatie in de klas – Laat leerlingen kort uitleggen wat ze op hun poster hebben gezet en waarom. Dit helpt bij het herhalen en verdiepen van de stof.
  • Postergalerij – Hang de posters op in de klas of op de gang en laat leerlingen elkaars werk bekijken. Ze kunnen post-its met feedback of complimenten achterlaten.
  • Pitchronde – Geef leerlingen 30 seconden om hun poster te ‘pitchen’ en de belangrijkste punten uit te lichten.

Ik zou deze opdracht vooral zien als verwerking en praktische opdracht. Misschien iets dat wel verplicht afgerond moet worden, maar er hoeft niet per se een cijfer aan gekoppeld te worden. Als je wel zou willen dat er een cijfer aan wordt gekoppeld zou je op basis van de eisen een rubric kunnen samenstellen.

Download het gratis werkblad


Meer lesideeën of werkbladen?

Wil je meer creatieve of activerende opdrachten voor geschiedenis? Neem een kijkje op mijn website voor nog meer inspiratie!

Heb jij deze opdracht al eens geprobeerd? Laat het me weten in de reacties of stuur een berichtje.

Wat maakt een stad leefbaar?

Hoe bepaal je of een wijk of stad fijn is om in te wonen? Is het de veiligheid? De hoeveelheid groen? Of juist de voorzieningen zoals scholen en winkels?

Met deze opdracht denken leerlingen na over wat leefbaarheid is en welke factoren hierin een rol spelen. Ze rangschikken verschillende aspecten van een stad van meest naar minst belangrijk en onderbouwen hun keuzes.

Het werkblad is onderaan deze blog gratis te downloaden en direct inzetbaar in de les!

Doelgroep: vmbo onderbouw aardrijkskunde en mens & maatschappij.


Over de opdracht

Deze opdracht is geschikt voor mens & maatschappij en aardrijkskunde in de onderbouw van het vmbo. Leerlingen werken stap voor stap aan het inzicht krijgen in wat een stad leefbaar maakt.

Leerlingen rangschikken deze factoren van belangrijk naar minder belangrijk en onderbouwen hun keuzes. Daarna vergelijken ze hun antwoorden met een klasgenoot en bespreken ze de overeenkomsten en verschillen.

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Wat betekent leefbaarheid?
Leerlingen beschrijven in hun eigen woorden wat ze onder leefbaarheid verstaan.

Stap 2: Rangschikken van factoren
Leerlingen krijgen een lijst met 8 factoren die de leefbaarheid van een stad beïnvloeden en zetten deze in de volgorde van meest naar minst belangrijk.

Stap 3: Onderbouwing
Leerlingen kiezen twee factoren uit en leggen uit waarom deze zo belangrijk zijn.

Stap 4: Vergelijken en bespreken
Tot slot vergelijken leerlingen hun keuzes met een klasgenoot. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen?

Afronding: bijvoorbeeld presentaties voor de klas.

Deze opdracht zet leerlingen aan het denken over hoe steden functioneren en hoe de ene wijk leefbaarder kan zijn dan de andere.


Tip: Laat leerlingen nadenken over hun eigen wijk. Hoe scoort deze op de verschillende factoren? Wat zou er verbeterd kunnen worden?

Download het werkblad

Zoek je meer van dit soort opdrachten? Bekijk bijvoorbeeld de volgende opdrachten:

Of bekijk het lesmateriaal bij aardrijkskunde of mens en maatschappij.

Heb je tips of suggesties? Of heb je deze opdracht gebruikt? Laat het me weten in de reacties hieronder of stuur me een berichtje.

Maak een poster over Keti Koti

Wat is Keti Koti en waarom is het zo belangrijk? Met deze opdracht ontdekken leerlingen de betekenis van Keti Koti en maken ze een informatieve poster over deze dag.

Door middel van tekst, afbeeldingen en symbolen verwerken leerlingen geschiedenis van slavernij en de afschaffing ervan.

Deze opdracht is ook goed te combineren met burgerschap als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


De opdracht: maak een poster over Keti Koti

Leerlingen duiken in de geschiedenis van Keti Koti en maken een poster die anderen informeert over deze herdenkingsdag.

Wat gaan de leerlingen doen?

  • Informatie verzamelen – Wat betekent Keti Koti en hoe wordt het gevierd?
  • Een tijdlijn maken – Van de afschaffing van slavernij (1863) tot nu.
  • Een poster ontwerpen – Met tekst, afbeeldingen en symbolen.
  • Reflecteren – Waarom is het belangrijk om stil te staan bij deze geschiedenis?

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Zoek informatie en beantwoord de vragen
Leerlingen zoeken informatie over Keti Koti en beantwoorden vragen zoals:

  • Wat betekent Keti Koti?
  • Wanneer en hoe wordt het gevierd?
  • Wat herdenken we tijdens Keti Koti?
  • Wat is de betekenis van de gebroken ketenen als symbool?

Stap 2: Maak een tijdlijn
Ze maken een tijdlijn van de afschaffing van slavernij in 1863 tot nu en plaatsen hierop belangrijke momenten die te maken hebben met het herdenken van slavernij.

Stap 3: Ontwerp de poster
De poster moet de volgende onderdelen bevatten:

  • Titel
  • Informatie → De antwoorden uit stap 1.
  • Tijdlijn → De belangrijkste gebeurtenissen in een overzicht.
  • Symbolen en afbeeldingen → Denk aan gebroken ketenen, traditionele kleding en feestvieringen.
  • Persoonlijke boodschap → Wat vindt de leerling zelf belangrijk aan Keti Koti?

Stap 4: Reflectie
Op de achterkant van de poster beantwoorden leerlingen drie vragen:

  1. Wat heb je geleerd over Keti Koti?
  2. Waarom is het belangrijk om stil te staan bij de geschiedenis van slavernij?
  3. Wat kunnen we vandaag de dag leren van Keti Koti?

Doelgroep

Deze opdracht is in principe voor geschiedenis en maatschappij onderbouw vmbo. Maar is ook goed te combineren met burgerschap.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Geheugensteuntje: Hoe bereken je winst?

Voor leerlingen die mens en maatschappij of economie volgen, is het belangrijk om te begrijpen hoe je winst berekent. Dit geheugensteuntje helpt je stap voor stap op weg.

Belangrijke begrippen en formules

  • Afzet = het aantal verkochte producten
  • Omzet = afzet × verkoopprijs per product
  • Brutowinst = omzet – inkoopkosten
  • Nettowinst = brutowinst – bedrijfskosten

Voorbeeld 1: Sokkenverkoop op de markt (zonder extra kosten)

Gegevens:

  • Inkoopprijs per sok = €0,50
  • Verkoopprijs per sok = €1,00
  • Aantal verkochte sokken (afzet) = 100

Berekeningen:

  1. Afzet = 100 (want er zijn 100 sokken verkocht)
  2. Omzet = 100 × €1,00 = €100
  3. Brutowinst = omzet – inkoopkosten
    = €100 – (100 × €0,50) = €50
  4. Nettowinst = brutowinst – bedrijfskosten
    = €50 – €0 = €50

Let op: Nettowinst is wat je écht overhoudt, nadat je alle kosten hebt betaald. In dit voorbeeld zijn er geen extra kosten, dus is de nettowinst hetzelfde als de brutowinst.


Voorbeeld 2: Broodjesverkoop op een festival (met extra kosten)

Gegevens:

  • Inkoopprijs per broodje = €2,00
  • Verkoopprijs per broodje = €4,50
  • Aantal verkochte broodjes (afzet) = 200
  • Kosten voor het huren van een kraam = €100

Berekeningen:

  1. Afzet = 200 (want er zijn 200 broodjes verkocht)
  2. Omzet = 200 × €4,50 = €900
  3. Brutowinst = omzet – inkoopkosten
    = €900 – (200 × €2,00)
    = €900 – €400
    = €500
  4. Nettowinst = brutowinst – bedrijfskosten
    = €500 – €100 (huur kraam)
    = €400

In dit voorbeeld zijn er wél extra kosten (de kraamhuur). Hierdoor is de nettowinst lager dan de brutowinst.


Oefening: Pietje en zijn T-shirts

Pietje verkoopt T-shirts op een festival.

  • Inkoopprijs per T-shirt = €5,00
  • Verkoopprijs per T-shirt = €10,00
  • Aantal verkochte T-shirts (afzet) = 200
  • Kosten voor de kraamhuur = €100

Stap 1: Afzet berekenen

Pietje verkoopt 200 T-shirts. Afzet is 200.

Stap 2: Omzet berekenen

Omzet = afzet × verkoopprijs
Omzet = 200 × €10,00
Omzet = €2000

Stap 3: Brutowinst berekenen

Brutowinst = omzet – inkoopkosten
Brutowinst = €2000 – (200 × €5,00)
Brutowinst = €2000 – €1000
Brutowinst = €1000

Stap 4: Nettowinst berekenen

Nettowinst = brutowinst – bedrijfskosten
Nettowinst = €1000 – €100 (huur kraam)
Nettowinst = €900


Samenvatting van Pietjes winst:

  • Afzet: 200 T-shirts
  • Omzet: €2000
  • Brutowinst: €1000
  • Nettowinst: €900

Met deze voorbeelden en oefening kun je eenvoudig zelf berekenen hoeveel winst je maakt. Succes!

Download dit werkblad