Lesdoelen formuleren

Wat is een lesdoel?

Een lesdoel beschrijft wat leerlingen aan het eind van de les moeten kunnen of begrijpen.

Hoe formuleer je een lesdoel?

Begin bij het voorbereiden van je les bij het lesdoel. Vraag jezelf bijvoorbeeld: “Wat wil ik dat mijn leerlingen aan het einde van de les kunnen?” Zet dit lesdoel zichtbaar voor de leerlingen neer, zodat ze weten waar ze naartoe werken.

Begin bij de inhoud:

Wat is de kern van deze les? Wat wil ik dat leerlingen onthouden of kunnen aan het eind van mijn les?

  • Formuleer in leerlingtaal:
    Gebruik de zinstructuur “Ik kan …” of eventueel “Je kunt …” Daarmee wordt het concreet en begrijpelijk voor leerlingen.
  • Maak het meetbaar:
    Het moet mogelijk zijn om aan het einde te controleren of leerlingen het doel hebben gehaald. Vermijd vage woorden als kennen of weten. Gebruik liever woorden als uitleggen, benoemen, toepassen.
  • Zorg dat het haalbaar is in één les:
    Houd het klein en concreet. Een hoofdstuk samenvatten is geen lesdoel, maar een kernbegrip uitleggen wel.
  • Maak het zichtbaar in de klas:
    Schrijf het doel altijd op het bord of toon het in je PowerPoint of LessonUp, zodat leerlingen weten waar ze naartoe werken.
  • Gebruik je lesdoel bij de afsluiting:
    Probeer aan het eind van je les terug op je lesdoel te komen. (Gebruik bijvoorbeeld de 3-2-1-methode of gebruik Exit Tickets)

Tips om je lesdoel zichtbaar te maken

  • Gewoon op het bord
    Je kunt het lesdoel natuurlijk ook gewoon op je bord schrijven. Wij hebben op school whiteboards naast de smartboards. Maar ik vind het zelf fijn om volle aandacht voor de klas en leerlingen te hebben en wil dan liever niet omdraaien om het lesdoel opschrijven (en mijn handschrift is ook niet echt goed leesbaar).
  • PowerPoint of LessonUp
    Ik zorg er zelf voor dat mijn lesdoel altijd in de LessonUp staat, dan kan ik het lesdoel er ook snel bij pakken aan het begin van de les. En het is makkelijk voor te bereiden. Zelf maak ik meestal op zondag de planningen.
  • Gynzy
    Ik maak zelf veel gebruik van Gynzy, vooral de tool vind ik handig om te gebruiken. Met Gynzy maak ik mijn planning voor op het bord en dan zorg ik ervoor dat het lesdoel onderaan staat. Zo is het ook zichtbaar tijdens de verwerkingsfase van de les.
  • Werkblad
    Als je gebruik maakt van een stencil of werkblad is het een idee om het lesdoel zichtbaar op het formulier te zetten.

Welke manier gebruik jij om je lesdoel zichtbaar te maken in de les? Laat het weten in de comments of stuur mij een bericht.

Voorkennis activeren

Als je een nieuw onderwerp gaat behandelen in de les is het een goed idee om te controleren wat leerlingen al over het onderwerp weten. Op die manier kunnen leerlingen nieuwe informatie koppelen aan datgene wat ze al weten.

Verschillende manieren op voorkennis te activeren

Woordweb

Een hele bekende manier op voorkennis te activeren is met behulp van het woordweb. Je kunt het woordweb op de ouderwetse manier gewoon schrijven en tekenen op het bord, maar ook bijvoorbeeld een digitale tool zoals LessonUp gebruiken.

  • Schrijf in het midden van het bord het onderwerp op.
  • Vraag aan de leerlingen: ‘wat weet je nog over … ?’ of ‘wat weet je al over … ?’ Of vraag aan welke begrippen, jaartallen of andere dingen zij denken bij het onderwerp.
  • Vervolgens schrijf je de antwoorden op het bord.
  • Probeer bij het schrijven woorden die met elkaar te maken hebben bij elkaar te zetten. Of door middel van lijnen woorden aan elkaar te verbinden.
  • Bespreek de woorden die op het bord staan, leg verbanden en gebruik de woorden straks bij je uitleg van nieuwe lesstof.

Quiz (Bijvoorbeeld Kahoot)

Maak een korte quiz in bijvoorbeeld Kahoot met vragen over het onderwerp en begrippen die erbij horen. Wat weten de leerlingen al over het onderwerp? Je kunt je uitleg aanpassen na de quiz, omdat je er dan beter zicht op heb wat leerlingen al weten. (Of juist helemaal niet weten)

Je kunt natuurlijk ook een quiz zonder devices geven. Zet op een slide dan verschillende vragen en laat leerlingen de antwoorden op papier invullen.

Afbeelding intro

Zoek een afbeelding die met het onderwerp te maken heeft. En begin de les met deze afbeelding op het bord.

Stel bijvoorbeeld één van de volgende vragen:

  • Wat zie je op deze afbeelding?
  • Wat weet je al over het onderwerp wat op deze afbeelding staat afgebeeld?
  • Wat valt je op aan deze afbeelding?
  • Uit welke periode denk je dat deze afbeelding komt?
  • Waarom denk je dat deze afbeelding belangrijk is voor het onderwerp dat we gaan bespreken?
  • Wie herken je op deze foto? (Bijvoorbeeld bij geschiedenis met historische personen)

3-2-1 Methode

Schrijf een begrip of woord op waar de les over zal gaan. Daarna laat je leerlingen drie dingen opschrijven die ze al weten over dit onderwerp, twee vragen die ze hebben over dit onderwerp en één dat ze hier graag over willen leren.

Je kunt dit ook digitaal doen met bijvoorbeeld LessonUp.

Stellingen goed/fout

Begin de les met een aantal stellingen over het onderwerp. Leerlingen moeten dan aangeven of de stelling juist of onjuist is.

Je kunt ervoor kiezen om dit bijvoorbeeld met post-its te doen, of met staan/zitten (staan als het goed is en zitten als het fout is).

Pas daarna je uitleg aan op basis van de antwoorden van de leerlingen.

Tijdlijn (geschiedenis)

Zet een aantal historische gebeurtenissen op het bord die te maken hebben met het onderwerp dat je gaat behandelen. Laat leerlingen daarna de gebeurtenissen op een tijdbalk zetten. Weten ze nog op welke plekken bepaalde gebeurtenissen horen te staan op de tijdlijn?

Je kunt ook een tijdlijn maken waar je zelf al een paar gebeurtenissen op hebt gezet. Daarna geef je een aantal historische gebeurtenissen en laat je leerlingen de gebeurtenissen op de tijdlijn opvullen.