Opdracht 4 en 5 mei: maak een vrijheidsmuur

Je kunt deze opdracht inzetten rond 4 en 5 mei. Leerlingen denken na over wat vrijheid voor hen betekent en verbeelden dit op hun eigen manier met tekeningen, woorden, kleuren of symbolen. Daarna verzamel je alles en plak je alles op een centrale plek op school en maak je er een soort gezamenlijk kunstwerk van: een vrijheidsmuur.

Je kunt onderaan deze blog de lesbrief naar deze opdracht downloaden.

Doelgroep opdracht: onderbouw klas 1 en 2 mens & maatschappij, burgerschap, mentorles.

Wat is een vrijheidsmuur?

Een vrijheidsmuur is een plek in school (bijvoorbeeld een muur in de hal, de aula of bij de lokalen) waar leerlingen laten zien wat vrijheid voor hen betekent.

Een paar jaar geleden heb ik dit weleens gedaan met mijn eigen klas voor mens & maatschappij. En later heb ik ook eens samengewerkt met meer collega’s/vakken en er een gezamenlijk project van gemaakt. Jammer genoeg heb ik er niet zoveel foto’s meer van. Alleen bovenstaande foto uit 2019.

Hoe werkt de opdracht?

Je begint met een aantal vragen in de klas:

  • Wat is vrijheid voor jou?
  • Wanneer voel je je vrij?
  • Wat zou jij nooit willen verliezen?

Leerlingen schrijven dit op een kladblaadje en maken daarna een creatieve uitbeelding op een A4. Dat mag een tekening zijn, een collage, een kleurencompositie, een woordweb, een gedicht etc. Alles is goed, zolang het persoonlijk is en natuurlijk niet kwetsend voor anderen.

Combineer met het maken van een gedicht

Je kunt deze opdracht heel goed combineren met het maken van een gedicht over vrijheid. Klik hier voor de opdracht – schrijf een gedicht over vrijheid.

Tips bij met maken van een vrijheidsmuur

  • Zoek een goede plek in school. Denk aan een zichtbare plek waar veel leerlingen langskomen. Overleg met je collega’s of de conciërge. Ga niet zomaar op eigen houtje ergens van alles opplakken.
  • Werk samen. De kracht van deze opdracht zit ‘m ook in de samenwerking. Probeer bijvoorbeeld met alle leerlingen van klas 1 en/of 2 een vrijheidsmuur te maken. Je kunt de opdracht dan in de mentorles doen of bijvoorbeeld bij geschiedenis/Nederlands/kunst. Ga met je collega’s in gesprek en zorg ervoor dat je het ruim van tevoren aankondigt.
  • Maak het creatief maar laagdrempelig. Geen druk op ‘mooie kunst’. Alles mag, als het maar betekenis heeft.
  • Werk met kleur en variatie. Laat leerlingen ook symbolen, kleuren en woorden gebruiken. Eventueel in combinatie met tijdschriften of printjes. Je kunt het ook versieren met vlaggetjes, ballonnen of andere dingen.
  • Laat leerlingen zelf meedenken over de opbouw. Laat ze een titel verzinnen voor de muur of helpen bij het ophangen.
  • Geef het een vervolg. Maak een foto van de muur en stuur het bijvoorbeeld in voor een nieuwsbrief van school of een plaatselijke krant.

Download het werkblad

Wil jij met je klas ook een vrijheidsmuur maken? Download dan het werkblad en ga aan de slag.

Ga je met je klas of school aan de slag met deze opdracht? Dan ben ik heel benieuwd naar het resultaat! Deel je vrijheidsmuur en stuur een mooie foto of laat een reactie hieronder achter.

Opdracht 4 en 5 mei: schrijf een gedicht over vrijheid

Lesidee voor 4 en 5 mei

Op 4 mei herdenken we in Nederland de mensen die zijn omgekomen in oorlogen. Op 5 mei vieren we dat we in vrijheid leven. Maar wat betekent vrijheid eigenlijk voor de leerlingen zelf? Het lijkt een simpele vraag, maar het antwoord is voor iedereen anders.

In deze opdracht gaan leerlingen nadenken over wat vrijheid voor hen betekent en daarna maken ze hier een gedicht over. In deze blog leg ik in het kort uit hoe je deze opdracht kunt inzetten in de klas. Onderaan kun je een gratis werkblad downloaden.

Doelgroep: onderbouw klas 1 en 2 mens & maatschappij, burgerschap en Nederlands. (Vakoverstijgend)


Wat gaan leerlingen doen in deze opdracht?

In deze opdracht denken leerlingen eerst kort na over wat vrijheid voor hen betekent. Ze beantwoorden vier eenvoudige vragen, maken een woordenlijst en kiezen vervolgens een vorm voor hun gedicht. Er zijn drie opties:

  • Een vrij gedicht
  • Een elfje (een gedicht van 5 regels met oplopend aantal woorden)
  • Elke regel begint met ‘Vrijheid is…’

Daarna schrijven ze hun gedicht netjes uit. Je kunt ervoor kiezen om een aantal leerlingen hun werk te laten voordragen, de gedichten op te hangen of er een lesmoment aan te koppelen tijdens 4 of 5 mei. Of maak er bijvoorbeeld een project van en maak gezamenlijk een vrijheidsmuur.

Hoe kan je deze opdracht inzetten tijdens je les?

Start van de les: korte uitleg over 4 en 5 mei en eventueel een korte video met elkaar kijken. Vervolgens maak je een woordweb. Zet op het bord ‘wat betekent vrijheid voor jou?’. Bespreek dit kort en vertel bijvoorbeeld ook zelf wat vrijheid voor jou betekent.

Uitleg van de opdracht: daarna opdracht uitleggen en extra aandacht besteden aan de manier waarop leerlingen een gedicht mogen maken. Ik zou het zelf zo vrij mogelijk houden, dus leerlingen uit de drie opties laten kiezen (vrij gedicht, elfje of elke regel beginnen met ‘Vrijheid is … ‘ en leerlingen geen laptop of andere device laten gebruiken.

In principe is de opdracht wel in één lesuur te maken, maar het ligt er ook aan hoeveel tijd je aan de introductie en uitleg kwijt bent. Je kunt het ook in twee lessen doen, dat geeft net wat meer ruimte en dan kunnen leerlingen het gedicht ook bijvoorbeeld versieren met tekeningen etc.

Download de opdracht

Afsluiting van de opdracht

Ik heb weleens een vrijheidsmuur met leerlingen gemaakt, maar ook in de coronatijd een soort vrijheidsetalage gemaakt. Dat laatste was niet zo’n succes, maar de vrijheidsmuur wel.

Afgelopen jaren waren er ook twee of drie leerlingen bij ons op school die een zelfgeschreven gedicht mochten voordragen tijdens de herdenkingsdienst op 4 mei. Dat heb ik jarenlang met leerlingen gedaan. Dat is natuurlijk een mooie afsluiting, maar als je iedereen bij deze opdracht zou willen betrekken met een afsluiting zou je dat ook op een andere manier kunnen doen. Bijvoorbeeld:

  • Maak een bundel: bundel de gedichten in een klein boekje (bijv. in Canva of Word als PDF), eventueel met een kaftje “Vrijheid in onze woorden – Klas X”. Print het uit of zet het op de schoolwebsite. Of misschien is er wel budget beschikbaar op school om het goedkoop te laten drukken zodat het uitgedeeld kan worden.
  • Gedichtenmuur: hang de gedichten op in de klas of in de hal of aula. Laat leerlingen eventueel zelf iets bij hun gedicht tekenen of ontwerpen.
  • Vrijheidsmuur: het is ook een idee om deze opdracht samen met de opdracht vrijheidsmuur in te zetten. De geschreven gedichten kunnen dan op de vrijheidsmuur geplakt worden. Klik hier voor de opdracht Vrijheidsmuur.

Voorbeeld van een gedicht geschreven door een leerling

Vrijheid 
Iedereen kent het woord vrijheid
Maar niet iedereen kent vrijheid
Sommige mensen hadden nooit gevoeld wat vrijheid was Zoals de mensen die opgroeiden in de oorlog 

Als je een kunstenaar zou vertellen dat hij niet mocht schilderen dan zou er een wit doek overblijven Zo waren de kinderen van de oorlog ook, want ze mochten geen kleur aan hun leven toevoegen
De kinderen van de oorlog konden geen kleuren in hun leven meer vinden Iedereen kent het woord vrijheid 

Maar niet iedereen heeft vrijheid 

Julia Klok (2020 OSG De Hogeberg)

Lesmateriaal tijdvak 9 – Collage Anne Frank

Anne Frank was ongeveer even oud als jouw leerlingen toen ze haar beroemde dagboek schreef. Maar haar leven zag er heel anders uit. Hoe breng je dat dichtbij voor jouw leerlingen in de geschiedenisles? En hoe laat je hen tegelijkertijd reflecteren op hun eigen identiteit?

In deze creatieve opdracht maken leerlingen een collage waarin ze de verschillen én overeenkomsten tussen zichzelf en Anne Frank laten zien.

Door deze opdracht ontdekken leerlingen niet alleen wie Anne Frank was, maar krijgen ze ook inzicht in de impact van de oorlog. Tegelijkertijd reflecteren ze op hun eigen leven ( en privileges) in de huidige tijd.

Doelgroep: vmbo onderbouw geschiedenis, mens & maatschappij en kan ook vakoverstijgend met Nederlands (als ze daar bijvoorbeeld de Graphic Novel lezen).

Waarom zou je deze opdracht doen in de klas?

  • Persoonlijke betrokkenheid – ze maken een koppeling met hun eigen leven.
  • Geschiedenis begrijpelijk maken – door vergelijkingen wordt de Tweede Wereldoorlog concreter.
  • Creatief bezig – leerlingen zijn op een creatieve manier bezig om de lesstof te verwerken.

Wat hebben leerlingen nodig?

  • Groot vel papier, A3.
  • Tijdschriften of geprinte plaatjes.
  • Schaar en lijm.
  • Stiften, potloden of kleurtjes.

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1 – Wie was Anne Frank?

  • Leerlingen zoeken informatie over Anne Frank: wie was ze, wat schreef ze in haar dagboek, waar hield ze van?
  • Ze maken aantekeningen en schrijven steekwoorden op.

Stap 2 – Wie ben jij?

  • Leerlingen denken na over zichzelf: wat zijn hun hobby’s, waar houden ze van, wat vinden ze belangrijk?
  • Ook dit schrijven ze kort in steekwoorden op.

Stap 3 – Maak een collage

  • Het papier wordt verdeeld in vier vlakken:
  • 1. Wie was Anne Frank?
    2. Wie ben jij?
    3. Verschillen tussen jou en Anne Frank
    4. Overeenkomsten tussen jou en Anne Frank
  • Leerlingen vullen de vlakken met plaatjes, tekeningen, woorden en kleuren. Korte tekstjes mogen ook.
  • Het doel is om creatief te zijn en een visueel beeld te maken van de vergelijking tussen henzelf en Anne Frank.

Download het werkblad en gebruik het direct in je les

Wil je deze opdracht meteen inzetten in je les? Download hier gratis het werkblad.

Variatie

  • Je zou de opdracht ook in Canva kunnen laten maken. Maar ik denk dat de kracht van deze opdracht eigenlijk zit in het maken zonder laptop of tablet.

Wil je meer ideeën voor geschiedenis of vakoverstijgende opdrachten? Of zoek je juist activerende werkvormen? Neem regelmatig een kijkje op mijn website voor nieuw lesmateriaal voor geschiedenis en praktische opdrachten voor in de klas!

Heb je de opdracht gebruikt in je les? ? Laat hieronder weten hoe het ging en deel jouw ervaringen!

Tijdvak 9 – Tweede Wereldoorlog in beeld: een tijdbalk maken

Hoe zorg je ervoor dat leerlingen niet alleen jaartallen onthouden, maar begrijpen hoe de Tweede Wereldoorlog verliep? Een tijdbalk is een visuele manier om verbanden te leggen tussen gebeurtenissen en ontwikkelingen.

Met deze opdracht maken leerlingen een tijdbalk van 1930 tot 1950, waarin ze de belangrijkste momenten voor, tijdens en na de oorlog op een rij zetten.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.

Doelgroep: klas 2 geschiedenis of mens en maatschappij


De opdracht: een tijdbalk over de Tweede Wereldoorlog

Leerlingen zoeken de juiste jaartallen op van belangrijke gebeurtenissen en verwerken deze in een overzichtelijke tijdbalk. Ze voegen ook een korte beschrijving en een afbeelding toe per gebeurtenis.

Wat komt er in de tijdbalk?

  • Hitler komt aan de macht
  • Pearl Harbor
  • Bombardement op Rotterdam
  • Georgische Opstand op Texel
  • Hitler valt Polen binnen
  • Frankrijk en Engeland verklaren Duitsland de oorlog
  • D-Day
  • Duitsers geven zich over
  • Februaristaking
  • Bevrijdingsplan Montgomery
  • Hongerwinter
  • Opkomst van de NSB
  • Kristallnacht

Hoe werkt de opdracht?

Let op: de volledige opdracht staat onderaan deze blog.

Stap 1: Zoek de juiste jaartallen
Leerlingen zoeken per gebeurtenis het juiste jaartal op en schrijven een korte uitleg.

Stap 2: Zoek afbeeldingen
Elke gebeurtenis krijgt een bijpassende afbeelding, zoals een foto, kaart of tekening.

Stap 3: Maak de tijdbalk

  • Plaats de gebeurtenissen op de juiste plek op de tijdlijn.
  • Voeg het jaartal, een korte beschrijving en een afbeelding toe.
  • Zorg dat de tijdbalk duidelijk en overzichtelijk is.

Papier of digitaal?

Je kunt deze opdracht ook in Canva laten maken. Maar eerlijk? Ik ben zelf eigenlijk meer een voorstander van tijdbalken op papier maken. Door met de hand te schrijven en tekenen, blijven de jaartallen en gebeurtenissen beter hangen.

Download gratis werkblad

Heb je deze opdracht gebruikt in je geschiedenisles? Ik ben benieuwd naar jouw ervaringen! Laat een reactie achter of deel je feedback.

Wil je meer ideeën voor geschiedenis of vakoverstijgende opdrachten? Of zoek je juist activerende werkvormen? Neem regelmatig een kijkje op mijn website voor nieuw lesmateriaal voor geschiedenis en praktische opdrachten voor in de klas!

Tijdvak 9 – op zoek naar sporen van de Tweede Wereldoorlog in Nederland

De Tweede Wereldoorlog lijkt voor leerlingen misschien ver weg, maar als je goed kijkt zijn er in heel Nederland nog sporen te vinden. Monumenten, gedenktekens, bunkers of gebouwen die een rol speelden – overal zijn herinneringen aan deze periode.

Met deze onderzoeksopdracht onderzoeken leerlingen de geschiedenis van een zelfgekozen plaats in Nederland. Ze ontdekken wat daar gebeurde tijdens de oorlog en brengen dit in kaart met een tijdlijn, een tekst en afbeeldingen.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.

Doelgroep: klas 3 vmbo geschiedenis


De opdracht: onderzoek sporen van de Tweede Wereldoorlog in Nederland

Leerlingen kiezen een stad, dorp of specifieke locatie (zoals een brug, gebouw of bos) en onderzoeken welke sporen uit de Tweede Wereldoorlog daar nog zichtbaar zijn.

Ze werken aan:

  • Een tijdlijn met belangrijke gebeurtenissen.
  • Een tekst van ongeveer 500 woorden over wat er gebeurde en wat de impact was.
  • Afbeeldingen met korte uitleg.
  • Een lijst met bronnen.

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Kies een plaats
Leerlingen kiezen een stad, dorp of locatie waar ze hun onderzoek over willen doen.

Stap 2: Verken de geschiedenis
Ze zoeken uit welke gebeurtenissen zich daar tijdens WO2 afspeelden. Denk bijvoorbeeld aan:

  • Bombardementen;
  • Verzetsacties;
  • Militaire acties;
  • Deportaties etc.

Stap 3: Verzamel informatie
Leerlingen zoeken informatie bijvoorbeeld in boeken, websites etc. en zoeken naar:

  • Gebeurtenissen die in deze plaats hebben plaatsgevonden.
  • Sporen die vandaag de dag nog te zien zijn of bijvoorbeeld monumenten of gedenkplaatsen.

Stap 4: Maak een tijdlijn
Op basis van hun onderzoek maken leerlingen een tijdlijn met de belangrijkste gebeurtenissen in de periode 1939-1945 én de nasleep van de oorlog.

Stap 5: Schrijf een tekst
In ongeveer 500 woorden beschrijven ze:

  • Wat er gebeurde in de gekozen plaats.
  • Hoe dit de mensen daar beïnvloedde.
  • Wat ze ervan vinden: waarom is het belangrijk dat deze geschiedenis bewaard blijft?

Stap 6: Afbeeldingen met onderschriften
Daarna verzamelen de leerlingen vijf afbeeldingen die bij hun onderzoek passen, bijvoorbeeld van:

  • Monumenten of gedenktekens.
  • Historische foto’s.
  • Overblijfselen uit de oorlog (bunkers, loopgraven, bruggen).

Bij elke afbeelding schrijven ze een korte uitleg.

Stap 7: Maak een bronvermelding

Stap 8: Controleer en inleveren

Download het gratis werkblad met de opdracht

Heb je deze opdracht gebruikt in je geschiedenisles? Ik ben benieuwd naar jouw ervaringen! Laat een reactie achter of deel je feedback.

Wil je meer ideeën voor geschiedenis of vakoverstijgende opdrachten? Of zoek je juist activerende werkvormen? Neem regelmatig een kijkje op mijn website voor nieuw lesmateriaal voor geschiedenis en praktische opdrachten voor in de klas!