Nieuwe begrippen leren kan voor leerlingen best lastig zijn. Vaak lezen ze een lijst met termen en definities, maar echt begrijpen en onthouden is iets anders. Hoe zorg je ervoor dat leerlingen actief met de lesstof aan de slag gaan?
Een manier waarbij leerlingen actief aan de slag gaan is begrippen oefenen met dominokaartjes. Dit spel laat leerlingen verbanden leggen tussen begrippen en omschrijvingen, terwijl ze actief met de stof bezig zijn.
In deze blog leg ik in het kort uit hoe je deze werkvorm inzet en deel ik daarna een uitgebreid gratis werkblad en sjablonen waarmee je direct aan de slag kunt.
Hoe werkt het?
Met dominokaartjes koppelen leerlingen begrippen aan de juiste omschrijvingen. Elk kaartje heeft twee helften: aan de ene kant staat een begrip, aan de andere kant een bijpassende definitie. De kaartjes vormen samen een doorlopende reeks, net als bij het klassieke dominospel.
Deze werkvorm is geschikt voor allerlei vakken, zoals geschiedenis, aardrijkskunde en economie.
- Leerlingen oefenen actief met begrippen en hun betekenis.
- Ze moeten verbanden leggen en uitleggen waarom iets klopt.
- Het is een gestructureerde en speelse manier om de stof te herhalen.
Voorbereiding als docent
Een korte samenvatting van de werkvorm lees je hier. De volledige lesbrief download je onderaan de pagina.
- Maak een lijst met begrippen en omschrijvingen.
Gebruik de begrippen uit je methode of stel zelf een lijst samen. - Ontwerp de domino-kaartjes.
- Elk kaartje bestaat uit twee helften:
- Een begrip, woord, afbeelding of vraag.
- De bijpassende omschrijving, antwoord of synoniem.
- De rechterhelft van één kaartje moet aansluiten op de linkerhelft van een ander kaartje.
- Elk kaartje bestaat uit twee helften:
- Verschillende manieren om kaartjes te maken.
- Maak de kaartjes zelf in Canva, Word of PowerPoint.
- Print en lamineer ze voor hergebruik.
- Wil je differentiëren? Maak setjes met verschillende niveaus.
- Test je set voordat je deze gebruikt in de les.
- Zorg ervoor dat er een startkaartje is. Dit is een kaartje dat nergens op hoeft aan te sluiten.
- Check of alle kaartjes logisch op elkaar aansluiten.
Zo speel je het in de klas
Een korte samenvatting van de werkvorm lees je hier. De volledige lesbrief download je onderaan de pagina.
Stap 1: Verdeel de klas in kleine groepjes.
Zorg ervoor dat je vooraf al groepjes hebt gemaakt. Elk groepje krijgt een set kaartjes.
Stap 2: Start het spel.
- De kaarten liggen door elkaar.
- Elk groepje krijgt een beginkaartje.
- Om de beurt leggen leerlingen een kaartje aan als het past.
- Ze moeten hardop uitleggen waarom het begrip en de omschrijving bij elkaar horen.
Stap 3: Loop rond en observeer.
- Help als leerlingen vastlopen.
- Stimuleer uitleg en discussie over de begrippen.
Stap 4: Afsluiting en klassikale bespreking.
- Elk groepje presenteert kort hun domino-rij.
- Bespreek samen:
- Waarom horen deze begrippen bij elkaar?
- Welke begrippen vonden jullie lastig?
- Welke kaartjes zorgden bijvoorbeeld voor discussie?
Fouten maken mag – het gaat erom dat leerlingen ervan leren.
Waarom zou je deze werkvorm kiezen?
- Actief leren: leerlingen leren actief door begrippen te koppelen aan de juiste betekenis.
- Samenwerken en uitleggen: door samen te werken en elkaar dingen uit te leggen, onthouden leerlingen de stof beter.
Veel succes met deze activerende werkvorm!
Heb je deze opdracht gebruikt in je les? Ik ben benieuwd naar jouw ervaringen! Laat een reactie achter of deel je feedback.
Zoek je meer activerende werkvormen? Neem dan regelmatig een kijkje op mijn website voor nieuw lesmateriaal of praktische opdrachten voor in de klas.




