Tijdvak 4 – mini-werkstuk maken over de tijd van steden en staten

Met deze opdracht verdiepen leerlingen zich in een onderwerp uit de tijd van steden en staten (1000-1500) en leren ze stap voor stap hoe ze een werkstuk opbouwen.

Deze opdracht is ook goed te combineren met Nederlands als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


De opdracht: een mini-werkstuk over tijdvak 4

Leerlingen kiezen een onderwerp uit de middeleeuwen en werken dit uit in een kort, gestructureerd werkstuk.

Leerlingen werken stapsgewijs aan:

  • Informatie verzamelen over een zelfgekozen onderwerp.
  • Een voorblad en inhoudsopgave maken.
  • Drie hoofdstukken schrijven over hun onderwerp.
  • Een conclusie en bronvermelding toevoegen.

Hoe werkt de opdracht?

Let op: dit is een beknopte versie van de opdracht. Onderaan deze blog kun je het werkblad downloaden.

Stap 1: Kies een onderwerp
Leerlingen kiezen één van deze onderwerpen:

  • Ambachten en gilden in de middeleeuwen
  • Floris V
  • Hanzesteden
  • Kruistochten

Stap 2: Verzamel informatie
Leerlingen zoeken betrouwbare informatie in boeken en online. Ze noteren de belangrijkste feiten en verzamelen afbeeldingen die bij hun onderwerp passen.

Stap 3: Werk aan het voorblad
Hierop zetten leerlingen:

  • De titel van hun werkstuk.
  • Hun naam en klas.
  • De datum.
  • Een afbeelding die past bij het onderwerp.

Stap 4: Maak een inhoudsopgave
Hierin schrijven leerlingen alle onderdelen van het werkstuk met paginanummers.

Stap 5: Schrijf een kort voorwoord
In een paar zinnen vertellen leerlingen:

  • Waarom ze voor dit onderwerp hebben gekozen.
  • Wat ze ervan verwachten te leren.
  • Hoe ze te werk gaan.

Stap 6: Schrijf drie hoofdstukken
Verdeel je onderwerp in drie delen. Elk deel wordt een hoofdstuk. Bijvoorbeeld:

  • Hoofdstuk 1: Inleiding onderwerp.
  • Hoofdstuk 2: Meer informatie over het onderwerp, bijvoorbeeld belangrijke feiten of gebeurtenissen.
  • Hoofdstuk 3: Interessante details, bijvoorbeeld iets verrassends of iets dat minder
    mensen weten over het onderwerp.

Bij elk hoofdstuk voegen leerlingen minimaal één afbeelding toe.

Stap 7: Schrijf een conclusie
Hierin geven leerlingen kort aan:

  • Wat ze hebben geleerd.
  • Wat ze het interessantst vonden.
  • Hoe het maken van het werkstuk ging.

Stap 8: Maak een bronvermelding
Leerlingen maken een bronvermelding waarin ze vermelden welke boeken of websites ze hebben gebruikt.

Stap 9: Controle en inleveren
Met de checklist controleren leerlingen of alles compleet is en leveren het werkstuk in.

Download het werkblad voor het mini-werkstuk tijdvak 4

Leven in een landbouwsamenleving: een creatieve schrijfopdracht

Hoe zag het leven eruit in de tijd van de eerste boeren? Wat deden mensen de hele dag? Hoe kwamen ze aan eten en hoe woonden ze?

Met deze schrijfopdracht onderzoeken leerlingen het leven van iemand uit een landbouwsamenleving en beschrijven ze een dag uit hun leven.

Deze opdracht is ook goed te combineren met Nederlands als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


De opdracht: schrijf een dagboekfragment als boer tijdens de landbouwsamenleving

Leerlingen kruipen in de huid van een bewoner van een landbouwsamenleving en schrijven een kort dagboekfragment. Zo ontdekken ze hoe mensen vroeger leefden en hoe hun dagen eruitzagen.

Wat gaan ze doen?

  • Terug in de tijd – bedenken hoe hun leven eruit zou zien als boer.
  • Een dagboekfragment schrijven – een dag uit het leven van een boer beschrijven.
  • Uitwisselen en vergelijken – elkaars verhalen lezen en bespreken.
  • Klassikaal reflecteren – hoe verschilt het leven toen van nu?

Leerdoel: 
De leerling kan uitleggen wat een landbouwsamenleving is en hoe de mensen leefden in zo’n samenleving. 

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Stel je voor
Leerlingen denken na over hoe hun leven eruit zou zien in een landbouwsamenleving.

  • Hoe zou je dag eruitzien? 
  • Wat zou je moeten doen om aan eten te komen? 
  • Waar zou je wonen? En hoe zou je huis eruitzien? 
  • Wat doen de andere mensen in je dorp?  

Stap 2: Schrijf een dagboekfragment
Ze schrijven een halve tot een hele A4-pagina over een dag in hun leven als boer.

Voorbeelden van vragen die ze kunnen beantwoorden:

  • Wat doe je als je wakker wordt?
  • Hoe ziet je werkdag eruit?
  • Wat eet je en hoe kom je eraan?
  • Wat doen de mensen om je heen?

🔹 Stap 3: Uitwisselen en vergelijken
Leerlingen wisselen dagboekfragmenten uit met elkaar en bespreken de overeenkomsten en verschillen.

🔹 Stap 4: Klassikale bespreking
De docent vraagt een paar leerlingen om hun dagboekfragment voor te lezen (bijvoorbeeld met beurtstokje of namenrad). Daarna volgt een kort gesprek over:

  • Hoe het leven in een landbouwsamenleving verschilde van nu.
  • Waarom mensen op het land werkten om te overleven.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Tijdvak 8 – Van boer naar fabrieksarbeider

Hoe veranderde het leven van mensen tijdens de industriële revolutie? Waarom lieten boeren het platteland achter om in de stad te gaan werken?

In deze schrijfopdracht schrijven leerlingen een verhaal over een boer die zijn werk op het platteland opgeeft en als fabrieksarbeider aan de slag gaat.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.

Deze opdracht is ook goed te combineren met Nederlands als vakoverstijgende opdracht.


De opdracht: schrijf een verhaal over de industriële revolutie

Leerlingen schrijven een kort verhaal waarin een boer de overstap maakt van het platteland naar de stad.

Wat moeten de leerlingen doen?

  • Een verhaal schrijven – In drie delen: het leven op de boerderij, de verhuizing naar de stad en het werken in de fabriek.
  • Inleven in de geschiedenis – Hoe voelde het om alles achter te laten?
  • Reflecteren op verandering – Was het nieuwe leven echt beter?

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Voorbereiding
Voordat ze beginnen, maken leerlingen een kladversie. Ze schrijven steekwoorden op en bedenken hoe ze hun verhaal gaan opbouwen.

Stap 2: Schrijf een verhaal in drie delen

  1. Het leven op de boerderij
    Leerlingen beschrijven hoe de boer leefde voordat hij naar de stad vertrok:
  • Wat voor werk doet hij?
  • Hoe ziet een werkdag eruit?
  • Wat vindt hij fijn aan het platteland?
  • Waarom is het werk zwaar of lastig?

2. De grote verandering
De boer besluit te verhuizen naar de stad.

  • Wat hoort hij over de fabrieken in de stad?
  • Waarom maakt hij deze keuze?
  • Hoe voelt hij zich hierover?

3. Het leven in de stad
Hij gaat werken in een fabriek.

  • Wat voor werk doet hij nu?
  • Hoe ziet zijn werkdag eruit?
  • Wat mist hij van het platteland?
  • Wat vindt hij minder fijn aan het werk in de fabriek?

Stap 3: Titel en afronden
Leerlingen bedenken een titel die past bij hun verhaal.

Tip: schrijf zelf ook een verhaal!

Doe zelf ook mee! Je verhaal kan je bijvoorbeeld gebruiken als introductie, inspiratie en extra lesmateriaal voor andere klassen.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Tijdvak 8: maak een poster over het Kinderwetje van Van Houten

Met deze opdracht gaan je leerlingen creatief aan de slag en leren ze meer over het Kinderwetje van Van Houten uit 1874. Ze maken een informatieve poster en leren meteen over kinderarbeid in de 19e eeuw.

Doelgroep: vmbo onderbouw geschiedenis of mens & maatschappij.

Leerdoel

Leerlingen kunnen uitleggen wat het Kinderwetje van Van Houten inhield, waarom het werd ingevoerd en hoe het de situatie voor kinderen veranderde.


Hoe werkt de opdracht?

Let op: dit is een beknopte versie van de opdracht. Je kunt de opdracht onderaan deze blog gratis downloaden als werkblad voor je leerlingen.

Wat moeten leerlingen doen?

Leerlingen gaan een informatieve poster maken over het Kinderwetje van Van Houten uit 1874. Het doel van de poster is om mensen te informeren over het Kinderwetje en hen te laten zien waarom deze wet belangrijk is.

Bedenk van tevoren hoe de leerlingen de poster moeten maken: gewoon op papier? Of digitaal in Canva?

Stap 1: Verzamel informatie

Eerst gaan leerlingen informatie verzamelen. Laat ze antwoorden zoeken op de volgende vragen:

  • Wie was Samuel van Houten?
  • Wat voor werk deden kinderen vóór 1874?
  • Waarom was dat werk zo zwaar en gevaarlijk?
  • Wat veranderde er door het Kinderwetje?
  • Waarom waren sommige mensen vóór en anderen juist tegen?
  • Zorgde het Kinderwetje ervoor dat kinderarbeid helemaal verdween? Waarom (niet)?

Tip: Laat leerlingen eerst hun lesboek of aantekeningen gebruiken. Niet direct achter de laptop om info op te zoeken.


Stap 2: Ontwerp de poster

Een goede poster moet de aandacht trekken en de boodschap duidelijk overbrengen. Dit zijn de minimale eisen:

  • Een pakkende titel – Bijvoorbeeld “Stop kinderarbeid!” of “Kinderen horen op school, niet in de fabriek!”
  • Afbeeldingen of tekeningen – Bijvoorbeeld een kind dat werkt in een fabriek vóór het Kinderwetje en een kind dat naar school gaat erna.
  • Een informatieblok – Korte, duidelijke uitleg over het Kinderwetje (3-5 zinnen) en de antwoorden op de vragen uit stap 1.

Stap 3: Maak de poster af

Laat leerlingen hun poster versieren en overzichtelijk maken:

  • Gebruik kleur – Een kleurrijke poster valt meer op.
  • Maak het overzichtelijk – Gebruik duidelijke kopjes en korte teksten.
  • Extra – Denk bijvoorbeeld aan een rand die lijkt op een oude krantenpagina voor extra sfeer.

Stap 4: Laat de posters zien

Nu de posters af zijn, is het tijd om ze te delen. Je kunt dit op verschillende manieren doen:

  • Presentatie in de klas – Laat leerlingen kort uitleggen wat ze op hun poster hebben gezet en waarom. Dit helpt bij het herhalen en verdiepen van de stof.
  • Postergalerij – Hang de posters op in de klas of op de gang en laat leerlingen elkaars werk bekijken. Ze kunnen post-its met feedback of complimenten achterlaten.
  • Pitchronde – Geef leerlingen 30 seconden om hun poster te ‘pitchen’ en de belangrijkste punten uit te lichten.

Ik zou deze opdracht vooral zien als verwerking en praktische opdracht. Misschien iets dat wel verplicht afgerond moet worden, maar er hoeft niet per se een cijfer aan gekoppeld te worden. Als je wel zou willen dat er een cijfer aan wordt gekoppeld zou je op basis van de eisen een rubric kunnen samenstellen.

Download het gratis werkblad


Meer lesideeën of werkbladen?

Wil je meer creatieve of activerende opdrachten voor geschiedenis? Neem een kijkje op mijn website voor nog meer inspiratie!

Heb jij deze opdracht al eens geprobeerd? Laat het me weten in de reacties of stuur een berichtje.

Maak een poster over Keti Koti

Wat is Keti Koti en waarom is het zo belangrijk? Met deze opdracht ontdekken leerlingen de betekenis van Keti Koti en maken ze een informatieve poster over deze dag.

Door middel van tekst, afbeeldingen en symbolen verwerken leerlingen geschiedenis van slavernij en de afschaffing ervan.

Deze opdracht is ook goed te combineren met burgerschap als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


De opdracht: maak een poster over Keti Koti

Leerlingen duiken in de geschiedenis van Keti Koti en maken een poster die anderen informeert over deze herdenkingsdag.

Wat gaan de leerlingen doen?

  • Informatie verzamelen – Wat betekent Keti Koti en hoe wordt het gevierd?
  • Een tijdlijn maken – Van de afschaffing van slavernij (1863) tot nu.
  • Een poster ontwerpen – Met tekst, afbeeldingen en symbolen.
  • Reflecteren – Waarom is het belangrijk om stil te staan bij deze geschiedenis?

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Zoek informatie en beantwoord de vragen
Leerlingen zoeken informatie over Keti Koti en beantwoorden vragen zoals:

  • Wat betekent Keti Koti?
  • Wanneer en hoe wordt het gevierd?
  • Wat herdenken we tijdens Keti Koti?
  • Wat is de betekenis van de gebroken ketenen als symbool?

Stap 2: Maak een tijdlijn
Ze maken een tijdlijn van de afschaffing van slavernij in 1863 tot nu en plaatsen hierop belangrijke momenten die te maken hebben met het herdenken van slavernij.

Stap 3: Ontwerp de poster
De poster moet de volgende onderdelen bevatten:

  • Titel
  • Informatie → De antwoorden uit stap 1.
  • Tijdlijn → De belangrijkste gebeurtenissen in een overzicht.
  • Symbolen en afbeeldingen → Denk aan gebroken ketenen, traditionele kleding en feestvieringen.
  • Persoonlijke boodschap → Wat vindt de leerling zelf belangrijk aan Keti Koti?

Stap 4: Reflectie
Op de achterkant van de poster beantwoorden leerlingen drie vragen:

  1. Wat heb je geleerd over Keti Koti?
  2. Waarom is het belangrijk om stil te staan bij de geschiedenis van slavernij?
  3. Wat kunnen we vandaag de dag leren van Keti Koti?

Doelgroep

Deze opdracht is in principe voor geschiedenis en maatschappij onderbouw vmbo. Maar is ook goed te combineren met burgerschap.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Tijdvak 1 – Poster overeenkomsten en verschillen jagers en verzamelaars

Hoe leefden jagers en verzamelaars eigenlijk? Wat aten ze, waar woonden ze en hoe organiseerden ze hun samenleving? En vooral: hoe verschilt dat van het leven nu?

Met deze opdracht maken leerlingen een poster waarin ze het leven van jagers en verzamelaars vergelijken met hun eigen leven. Geen lange teksten, maar vooral plaatjes en tekeningen om het verschil en de overeenkomsten duidelijk te maken.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.

Doelgroep: vmbo onderbouw geschiedenis of mens & maatschappij


De opdracht: een poster over jagers en verzamelaars

Leerlingen onderzoeken hoe jagers en verzamelaars leefden en vergelijken dat met hun eigen leven.

Wat gaan de leerlingen doen?

  • Informatie verzamelen – Hoe leefden jagers en verzamelaars?
  • Een poster maken – Met afbeeldingen en zo min mogelijk tekst.
  • Vergelijken – Per onderwerp een beeld van vroeger en nu naast elkaar zetten.
  • Discussie en reflectie – Wat is hetzelfde gebleven en wat is helemaal veranderd?

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Onderzoek doen
Leerlingen zoeken informatie over jagers en verzamelaars via hun lesboek, aantekeningen of online bronnen (mits toegestaan door de docent).

Stap 2: Maak een poster
Op de poster komt een visuele vergelijking tussen vroeger en nu. Leerlingen gebruiken plaatjes of eigen tekeningen en verdelen hun poster in vier onderdelen:

AspectJagers en verzamelaarsJij en je familie
VoedselWat aten zij?Wat eet jij?
OnderkomenWaar woonden zij?Waar woon jij?
WerkWat voor werk deden zij?Wat doen jouw ouders?
Sociale structuurHoe leefden zij samen?Hoe ziet jouw sociale leven eruit?

Stap 3: Zoek of teken afbeeldingen
Leerlingen zoeken plaatjes of maken hun eigen tekeningen per onderdeel.

Stap 4: Analyseer de verschillen en overeenkomsten
Onder de poster geven leerlingen met ✔️ en ❌ aan of iets hetzelfde is gebleven of totaal anders is.

Stap 5: Bespreken
Leerlingen vergelijken hun poster met een klasgenoot en bespreken de verschillen. Vervolgens presenteren ze kort hun bevindingen aan de klas.

Download het gratis werkblad met de opdracht

Tijdvak 1 – schrijfopdracht

Schrijfopdracht: het leven in de prehistorie door de ogen van een kind

Meer dan 10.000 jaar geleden veranderde het leven van mensen compleet. Eerst leefden ze als jagers-verzamelaars, maar langzaam gingen ze over op landbouw en ging men gewassen verbouwen en dieren houden. Wat betekende deze verandering voor de mensen in die tijd?

In deze opdracht schrijven leerlingen een kort verhaal over hoe het leven veranderde door de komst van de landbouw. Dit doen ze vanuit het perspectief van een kind van een jager-verzamelaar of een kind van een boer tijdens de landbouwrevolutie.

Doelgroep: vmbo onderbouw geschiedenis en mens & maatschappij. Deze schrijfopdracht is ook goed te combineren met Nederlands als vakoverstijgende opdracht.

Onderaan deze blog kun je het werkblad gratis downloaden.


Schrijfopdracht Tijdvak 1 – de tijd van jagers en boeren

Leerlingen schrijven een kort verhaal waarin ze beschrijven hoe een kind uit de prehistorie leefde en hoe zijn of haar leven veranderde door de komst van de landbouw.

Wat gaan de leerlingen doen?

  • Een personage kiezen – Een kind van een jager-verzamelaar of een boer.
  • Een verhaal schrijven – Hoe zag het dagelijkse leven eruit vóór en na de landbouw?
  • De verandering beschrijven – Wat werd makkelijker? Wat bleef hetzelfde?
  • Een mening geven – Is het kind blij met de verandering of mist het het oude leven?

Hoe werkt de opdracht?

Stap 1: Kies een personage
Leerlingen kiezen of hun verhaal gaat over:

  • Een kind van een jager-verzamelaar
  • Een kind van een boer (landbouwer)

Stap 2: Beschrijf het oude leven
Het verhaal begint met hoe het kind leefde vóór de komst van de landbouw.

  • Wat eet het kind?
  • Waar woont het kind?
  • Wat doet het kind op een gewone dag?

Voorbeeldzinnen:
“Mijn vader gaat elke dag op jacht. Soms komt hij thuis zonder eten.”
“We wonen in een soort tent die we zelf hebben gemaakt.”

Stap 3: Beschrijf de verandering door de landbouw
Wat is er anders nu mensen gewassen verbouwen en dieren houden?

  • Wat eet het kind nu?
  • Waar woont het kind nu?
  • Wat doet het kind op een gewone dag?

Voorbeeldzinnen:
“We hoeven niet meer elke dag op zoek naar eten, want we hebben nu graan op onze velden.”
“Mijn vader zorgt voor de dieren en ik help mee met het oogsten van de planten.”

Stap 4: Eindig met een mening
Laat het personage vertellen wat hij of zij vindt van de verandering.

  • Is het leven nu makkelijker of moeilijker?
  • Mist het kind het oude leven of is hij/zij juist blij met de landbouw?

Voorbeeldzinnen:
“Ik vind het fijn dat we niet meer hoeven te verhuizen.”
“Soms mis ik het leven als jager-verzamelaar, omdat het leuk was om op zoek te gaan naar eten.”

Stap 5: Schrijf het verhaal op je eigen manier
Leerlingen schrijven het verhaal in hun eigen woorden en bedenken hoe hun personage deze verandering heeft ervaren.

Tip voor docenten: schrijf zelf ook een verhaal!

Doe zelf ook mee met deze opdracht! Schrijf een kort verhaal en gebruik dit later in je lessen.

Waarom is dit een goed idee om te doen in je les?

  • Extra lesmateriaal – Je kunt jouw verhaal later hergebruiken in andere klassen.
  • Meer beleving in de les – Door jouw verhaal voor te lezen, maak je geschiedenis levendiger.

Extra tip: Je kunt je verhaal elk jaar uitbreiden of aanpassen op basis van de klas die je hebt. Of laat bijvoorbeeld leerlingen raden of jouw verhaal van een leerling (van het jaar ervoor) is of door jou geschreven.

Download het gratis werkblad van deze opdracht

Digitale tool: Blooket gebruiken in de les

Blooket is een digitale tool waarmee je educatieve quizzen kunt maken met een game-element.

Je kunt op een leuke manier kennis van leerlingen testen, voorkennis activeren of juist de les afsluiten met een quiz in de setting van een game.

Manieren om Blooket te gebruiken in de les

Hier zijn een paar praktische ideeën over hoe je Blooket kunt inzetten in je lessen:

  • Activeren van voorkennis: start een les met een quiz over het onderwerp dat je gaat behandelen. Door Blooket te gebruiken, kun je snel zien wat de leerlingen al weten of waar juist nog hiaten zitten. Omdat Blooket geen standaard quiztool is, maar meer een educatieve game is het leuk ter afwisseling.
  • Differentiëren: omdat je zelf kunt bepalen welke vragen je toevoegt, kan je ook verschillende moeilijkheidsniveaus aanbieden. Maak bijvoorbeeld twee versies van een quiz: een basisniveau en een verdiepend niveau.
  • Afsluiting van de les: gebruik Blooket aan het einde van een les om de belangrijkste punten nog eens te herhalen. Met de directe feedback weten leerlingen meteen hoe goed ze de stof beheersen, en het game-element zorgt voor een leuke afsluiting van de les.
  • Competitie in teams of mini-wedstrijd: Blooket heeft verschillende games waarin leerlingen individueel of in teams kunnen spelen. Zo zou je dus ook groepen kunnen laten samenwerken of een kleine competitie organiseren.
  • Voorbereiding toets: de laatste les voor een toets kan je bijvoorbeeld een quiz over de lesstof doen. Het is een leuk idee om dan een keer Booklet te gebruiken.
  • Mentorles: maak bijvoorbeeld een gamequiz over de schoolregels. Zo kan je op een redelijk leuke manier de regels van school bespreken en toetsen. (lees ook: maak een quiz over de regels van school)

Tips bij het gebruik van Booklet

  • Kant-en-klare content: Er zijn heel veel quizzen beschikbaar die al gemaakt zijn door andere docenten. Het enige nadeel is dat het vooral Engelstalige quizzen zijn, maar dat kan ook weer een voordeel zijn als je Engels geeft.
  • Samenwerking met Quizlet: je kunt heel makkelijk quizzen uit Quizlet exporteren en importeren in Booklet. Zo hoef je niet helemaal opnieuw quizzen te maken, maar kan je ook content gebruiken die je misschien al eerder gemaakt hebt. (Voor de methode Geschiedeniswerkplaats en Plein M heb ik Quizlets gemaakt, die staan open voor iedereen en zou je zo kunnen gebruiken. Je kunt in het menu hierboven kiezen voor vakken-geschiedenis-Geschiedeniswerkplaats en daar staan ze gesorteerd per paragraaf).
  • Zelf oefenen: voor je Booklet in de klas gebruikt, zou ik het eerst een keertje zelf uitproberen thuis of in een tussenuur op school met een collega bijvoorbeeld. Dan host je de game vanaf je eigen device en laat anderen (of jijzelf met een andere device) joinen met eigen device. Zo heb je zelf ook ervaren hoe het is om een game te spelen en kan je leerlingen daarop voorbereiden.

    Educatieve games maken met Blooket

    Er zijn natuurlijk al veel digitale tools, wat maakt Blooket nu anders? Waarom zou je Blooket gebruiken in de klas en niet een andere tool?

    Het grote verschil met andere digitale tools is de gamemodus die het spel biedt. Normaal gesproken heeft een tool een standaard quizopzet: je stelt een vraag, misschien zelfs een meerkeuzevraag en de leerling kiest op zijn device een antwoord. Bij Blooket kan je ervoor kiezen om je quiz te combineren met een game zoals: Tower Defense, Fishing Frenzy of Candy Quest (voor Halloween).

    Iedere game heeft een andere strategie. Door het beantwoorden van vragen, kunnen leerlingen het spel spelen. Het is daarom ook leuk als afwisseling, de ene keer doe je bijvoorbeeld Tower Defense en een andere keer Candy Quest.

    Probeer de games eerst een keer zelf uit, dan merk je ook wat je zelf misschien het leukst vindt om te spelen of wat het meest geschikt voor jouw klas is.

    Sluit de les af met een Exit Ticket

    Iedere docent weet wel dat het belangrijk is om een les goed af te sluiten. Maar soms schiet het er door de drukte misschien een beetje bij in. Als je veel verschillende lessen hebt op een dag, of het bijvoorbeeld net een hele drukke periode is.

    Een goede afsluiting staat mooi als je een lesobservatie hebt, maar het is natuurlijk vooral belangrijk voor leerlingen om de stof te verwerken en voor de docent om te controleren of leerlingen de lesstof hebben begrepen.

    Exit Ticket

    Een Exit Ticket is één van de makkelijkste en snelste manieren om je les af te sluiten. Je kunt ervoor kiezen om het op papier te doen of om een device te gebruiken.

    Exit Ticket zonder hulp van digitale tool

    Zet een vraag voor de leerlingen op het bord wat te maken heeft met het lesdoel. Bijvoorbeeld:

    • ‘Noem één dat je vandaag hebt geleerd over … ‘
    • ‘Wat is het belangrijkste dat je geleerd hebt over … ‘
    • ‘Leg uit wat … betekent’
    • ‘Geef aan wat de gevolgen van … zijn’
    • Of laat leerlingen het lesdoel in vraagvorm beantwoorden.

    Laat leerlingen het antwoord op een post-it schrijven en aan het eind van de les op het bord op de deur plakken. Dit is dan ook een mooi beginpunt voor je volgende les. Je kunt aan de post-its zien welke lesstof nog niet duidelijk is of juist wel.

    Exit Ticket met behulp van digitale tool

    Mentimeter

    Mentimeter is heel handig om te gebruiken bij Exit Tickets. Je stelt een vraag via de app en leerlingen kunnen daar via hun device op reageren en je ziet als docent meteen de antwoorden op het scherm. Je kunt leerlingen ook anoniem laten antwoorden.

    Het resultaat kan je dan gebruiken als beginpunt voor je volgende les. Of direct als je tijd over zou hebben.

    Padlet

    Padlet is eigenlijk een soort digitaal prikbord. Je kunt een digitaal prikbord aanmaken, de link delen met je leerlingen en vervolgens een berichtje aanmaken met een aantal vragen. (Kijk naar de vragen bij Exit Ticket). Leerlingen kunnen daar dan antwoord opgeven of een afbeelding/foto toevoegen.

    Leerlingen zien ook de antwoorden van anderen. Dat kan een voordeel of een nadeel zijn, het is net hoe je het inzet.

    LessonUp

    In LessonUp is het heel makkelijk om een Exit Ticket toe te voegen aan je les. Je kunt een lesonderdeel toevoegen en dan kiezen voor ‘interactieve slide’.

    Met een open vraag kan je leerlingen een langer antwoord laten typen. (Zie voor voorbeeldvragen hierboven bij Exit Ticket) en met quiz maak je meerkeuzevragen. Je ziet direct de antwoorden van leerlingen. Je kunt ervoor kiezen om er direct kort op te reageren of bijvoorbeeld de antwoorden mee te nemen naar de volgende les en dat als startpunt te zien.

    Voorbeelden Juf Femke

    Voorbeeld met kant-en-klare Exit Tickets van Juf Femke. In principe voor de basisschool, maar is ook goed te gebruiken in het voortgezet onderwijs.